dinsdag 20 augustus 2019

Interactief lesgeven met LessonUp

Afbeelding 1. LessonUp (z.d.)

Met LessonUp geef je gevarieerde interactieve lessen met video's, afbeeldingen, interactieve vragen en quizzen. Je betrekt jouw leerlingen nog meer bij de les en differentieert op laagdrempelige wijze naar hun persoonlijke behoeften.




Wat is LessonUp?

Met LessonUp maak of arrangeer je digitale en interactieve lessen, die je direct kunt geven op het digibord in de klas. Ook deel je je les heel makkelijk met je leerlingen via hun eigen device en zie je wat zij met jouw les gedaan hebben. Met de rapportages in LessonUp heb je altijd inzicht in de antwoorden en de voortgang van je leerlingen. Je kunt putten uit duizenden lessen uit de lesbibliotheek die je naar eigen wens kunt aanpassen of gebruik de verschillende onderdelen om je les volledig zelf samen te stellen zoals filmpjes, quizzen, open vragen of een woordweb (LessonUp, z.d.). 


In onderstaand filmpje 'LessonUp Explainer' op Youtube wordt beknopt en op een duidelijke manier uitgelegd hoe LessonUp werkt en wat onder andere de mogelijkheden zijn van deze ict-toepassing.


Les

Doelgroep: derdeklas mavo
Lesdoelen:
  • Leerlingen kennen het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik.
  • Leerlingen kunnen figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen.
  • Leerlingen kunnen de betekenis van uitdrukkingen opzoeken in een woordenboek
Kerndoel: Kerndoel 12: de leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder 'woordenschat' vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.

Het doel van deze werkvorm is alle leerlingen te motiveren en actief bij de les te betrekken. Een actieve deelname is volgens Ebbens en Ettekoven (2013) namelijk een van de cruciale voorwaarden voor het effectief leren van leerlingen.

Stappenplan les woordenschat: figuurlijk taalgebruik


Lesvoorbereiding
Bij de voorbereiding van deze les is het uitgangspunt dat de les al gemaakt is. Docenten hebben ook de mogelijkheid om (deels) hun eigen les samen te stellen op basis van onderdelen uit de database van LessonUp al dan niet aangevuld met eigen materialen. 
  • Maak via lessonup.com/nl/ of via de app van LessonUp een gratis account aan.
  • Log in en op de dashboardpagina zie je in het linkerkader 'Mijn lessen' staan. Selecteer de les 'woordenschat: figuurlijk taalgebruik' (de uitgangssituatie is dat deze les namelijk al met je is gedeeld). Als je structureel aan een klas wil lesgeven, kun je overigens ook een klas aanmaken in LessonUp.
  • Om de les daadwerkelijk te geven klik je in het rechterkader op de button 'les geven'.
  • Loop de les op voorhand een keer helemaal door, zodat je weet wat je te wachten staat (desgewenst kun je nog aanpassingen maken).
  • Zorg dat je een eigen device (smartphone of tablet) beschikbaar hebt voor de les. Tevens moeten alle leerlingen tijdens de les over een device (en oortjes) kunnen beschikken.
  • Zorg ervoor dat je een klaslokaal hebt met een digibord en een goede internetverbinding.

Lesopzet
  • Zorg ervoor dat het digibord aanstaat en dat de betreffende les via de button 'les geven' geactiveerd is.
  • Verwelkom de leerlingen en leg aan de hand van de eerste dia de lesdoelen van deze les uit.
  • Activeer de voorkennis van de leerlingen door te vragen of ze weten wat figuurlijk taalgebruik is en of ze hier voorbeelden van kunnen geven. Geerts en Van Kralingen (2014) stellen immers dat het volgens het constructivisme van fundamenteel belang is dat nieuwe informatie wordt gekoppeld aan voorkennis. Deze opvatting wordt ook vanuit de neurobiologie beaamd, waarin is bewezen dat nieuwe leerstof beter beklijft in het geheugen als er aanknopingsmogelijkheden zijn bij al aanwezige kennis.
  • Laat de leerlingen hun device pakken en naar lessonup.app gaan (of naar de app van LessonUp als ze deze op voorhand hebben gedownload) en de viercijferige pincode invoeren die op het digibord staat. Hiermee kunnen de leerlingen zich eenvoudig aan de les toevoegen (hun naam verschijnt dan ook op het digibord). 
  • Laat de leerlingen hun oortjes indoen en laat ze op de volgende dia (individueel) kijken naar een ludiek filmpje over het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik - duur ca. 2 minuten).
  • Bespreek naar aanleiding van het filmpje waarom het belangrijk is om figuurlijk taalgebruik te herkennen. Daag de leerlingen uit om dit (in eerste instantie) zelf te bedenken en stel bij waar nodig.
  • Leg aan de hand van de volgende dia uit wat enerzijds letterlijk en anderzijds figuurlijk taalgebruik is en bespreek een concreet voorbeeld van een uitdrukking waarbij je zowel de letterlijke als figuurlijke betekenis benoemt. Laat leerlingen eventueel ook met enkele voorbeelden en betekenissen komen.
  • Leg aan de hand van de volgende dia uit wat een uitdrukking is en leg uit hoe je de betekenis ervan kunt opzoeken in het woordenboek.
  • Vervolgens krijgen de leerlingen enkele voorbeelden van uitdrukkingen waarbij ze steeds (individueel) moeten aangeven wat de letterlijke betekenis is, bij welk woord in het woordenboek je naar de figuurlijke betekenis zoekt en wat dit betekent. De leerlingen krijgen na afloop van elke vraag op het scherm het goede antwoord te zien. Sommige onderdelen kunnen even kort klassikaal nabesproken worden. NB De antwoorden die leerlingen op hun device invoeren kunnen desgewenst op het digibord vertoond worden.
  • Hierna krijgen de leerlingen op de volgende dia een korte tekst voorgelegd die opgebouwd is uit diverse uitdrukkingen. Na het lezen van de tekst krijgen de leerlingen een quiz waarbij de verschillende uitdrukkingen uit die tekst per dia voorbij komen. Ze moeten steeds (individueel) op basis van vier mogelijkheden (A, B, C en D) aangeven wat volgens hen de juiste betekenis is. De leerlingen krijgen na afloop van elke vraag op het scherm het goede antwoord te zien. 
  • Als laatste volgt er een quiz waarbij leerlingen enkele uitdrukkingen krijgen voorgelegd die ze steeds (individueel) moeten afmaken waarbij ze steeds weer kunnen kiezen uit vier mogelijkheden (A, B, C en D). De leerlingen krijgen na afloop van elke vraag op het scherm het goede antwoord te zien. 
  • Afsluitend nog even de belangrijkste punten van figuurlijk (versus letterlijk) taalgebruik samenvatten cq herhalen. Tevens de drie lesdoelen herhalen (wat heb je geleerd?). In de een-na-laatste dia wordt leerlingen nog gevraagd wat ze al wisten over dit onderwerp en aan de hand van de laatste dia kunnen ze aangeven wat ze nog niet zo goed snappen van dit onderwerp.
Aan het einde van de les kun je middels een rapportage een overzicht krijgen van alle antwoorden en scores van de leerlingen. Op basis hiervan kun je (op individueel niveau) bekijken in hoeverre de leerlingen de stof al beheersen. Leerlingen die ondermaats presteren kun je desgewenst de lesstof laten herhalen (al dan niet aangepast met andere voorbeelden). Anderen kunnen (extra) uitgedaagd worden met nieuwe, moeilijkere opdrachten. Ebbens en Ettekoven (2013) geven aan dat het belangrijk is dat de docent leerprocessen van leerlingen zichtbaar maakt. Alleen dan kan hij goed anticiperen op het leren van de leerling en dat bijstellen of verfijnen via gerichte feedback.



Afbeelding 2. LessonUp (z.d.)

Afbeelding 3. LessonUp (z.d.)




Rol van de docent

De rol van de docent is in eerste instantie zowel instruerend als coachend. Instruerend omdat de leerlingen klassikale instructie krijgen over de lesdoelen en de nieuwe lesstof en tevens uitgelegd krijgen wat ze moeten doen. Coachend omdat de docent aan het begin van de les de leerlingen op een juiste manier de aandacht laat richten en hen stimuleert om voorkennis op te halen. Zodra de leerlingen tijdens de zelfwerkzaamheid aan de slag gaan met de opdrachten wordt de rol van de docent vooral (proces)begeleidend. Hij zorgt er immers voor dat de verschillende onderdelen via LessonUp (in het juiste tempo) worden aangeboden, geeft feedback (indien nodig), stelt denkvragen, moedigt de leerlingen aan en observeert hen. Daarnaast heeft de docent ook een controlerende rol, aangezien hij monitort of iedereen goed meedoet en kan bekijken welke antwoorden leerlingen geven. Bovendien kan hij op basis van een rapportage een duidelijk overzicht van de resultaten van de leerlingen krijgen. 

Online veiligheid

LessonUp geeft aan grote waarde te hechten aan de privacy van haar gebruikers en zich bij de verwerking van persoonsgegevens onder andere aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) te houden. LessonUp onderschrijft bovendien de bepalingen in het Convenant Digitale Onderwijsmiddelen en Privacy - Leermiddelen en Toetsen van (onder andere) de VO-raad en de PO-raad en heeft zich bij dit Convenant aangesloten. Om deze ict-toepassing te kunnen gebruiken moeten zowel docenten als leerlingen zich registreren met hun naam, e-mailadres en zelf gekozen wachtwoord. Verder hoeft er geen (persoonlijke) informatie gedeeld te worden. De gegevens die LessonUp ontvangt, worden niet gedeeld met derden. De enige die direct inzicht heeft in de data van de leerlingen is de docent zelf. Derden kunnen via deze tool geen contact maken met de leerlingen zonder toestemming van de docent. De website van LessonUp is beveiligd met een versleutelde verbinding om de veiligheid tussen het device van de bezoeker en de servers van LessonUp te waarborgen (LessonUp, z.d.). Inzake de risico's van het internet is er op onze school een zogenaamde gedragscode media waarin beschreven staat wat leerlingen wel en niet online mogen doen. Tijdens de mentorlessen wordt deze code gebruikt om het gesprek met leerlingen aan te gaan over de omgang met ict.

Meerwaarde van LessonUp

Bonset, De Boer en Ekens (2010) stellen dat veel leerlingen zich niet lang kunnen concentreren. Het is daarom belangrijk om in de les voldoende te variëren, niet te lange opdrachten te geven, met korte teksten te werken en veel verschillende werkvormen te gebruiken. LessonUp sluit hier goed op aan - getuige bovenstaande gevarieerde lesopzet. Bovendien activeert deze tool de leerlingen vanwege het interactieve karakter waarbij leerlingen op hun eigen device deelnemen aan de les. Volgens Geerts en Van Kralingen (2014) is activerende didactiek het sleutelbegrip om gedragsmatige betrokkenheid van leerlingen te bevorderen. Ebbens en Ettekoven (2013) voegen hier nog aan toe dat we van leerlingen pas kunnen verwachten dat ze actief zijn wanneer ze werkelijk deelnemer zijn in de klas, actief betrokken zijn bij de activiteiten in de les en daarin ook iets te vertellen hebben. Bij de lessen van LessonUp is dat vanwege meerdere redenen (zoals hierboven geschetst) het geval.

Een ander voordeel van LessonUp is dat je aan de hand van een rapportage (zie kopje lesopzet) vrij eenvoudig kunt differentiëren gebruikmakend van basisstof, herhalingsstof  en verrijkingsstof conform het BHV-model (Geerts en Van Kralingen, 2014). Daarnaast zorgt deze tool ervoor dat de leerlingen te allen tijde individueel aanspreekbaar blijven. Ze moeten via hun eigen device immers meedoen aan alle opdrachten waardoor er constant een beroep op de leerling wordt gedaan om te reageren. Bovendien weten ze dat de docent voortdurend inzicht heeft in de antwoorden van alle leerlingen. Geerts en Van Kralingen (2014) stellen dat door de leerling individueel aanspreekbaar te maken de docent de leerling als het ware dwingt om mee te denken en mee te doen. Zo blijft ook de aandacht gewaarborgd. 

Daarnaast heeft deze tool een extra meerwaarde doordat de leerprocessen zichtbaar worden (zie kopje lesopzet). Zo kun je als docent goed inspelen op het leren van de leerling.

Afsluitend is het grote pluspunt van LessonUp dat je heel makkelijk lessen kunt samenstellen waarbij je gebruik kunt maken van de enorme hoeveelheid (kant-en-klare) lessen en lesonderdelen die binnen deze ict-toepassing voorhanden zijn. En elke les kun je met één druk op de knop delen met je collega's.     


Literatuurlijst

[Afbeelding 1] [Illustratie]. (z.d.). Geraadpleegd op 20 augustus 2019, van https://www.lessonup.com/nl/

[Afbeelding 2] [Illustratie]. (z.d.). Geraadpleegd op 20 augustus 2019, van https://www.lessonup.com/nl/

[Afbeelding 3] [Illustratie]. (z.d.). Geraadpleegd op 20 augustus 2019, van https://www.lessonup.com/nl/

Bonset, E. H., De Boer, M., & Ekens, T. (2010). Nederlands in de onderbouw: een praktische didactiek (5e ed.). Bussum, Nederland: Coutinho.

LessonUp (z.d.). Digitale lessen geven met het grootste gemak. Geraadpleegd op 20 augustus 2019, van https://www.lessonup.com/nl/

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2013). Effectief leren: basisboek (3e ed.). Groningen/Houten, Nederland: Noordhoff.

Geerts, W., & Van Kralingen, R. (2011). Handboek voor leraren. Bussum, Nederland: Coutinho.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten